Er zijn niet 8 miljard denkgeesten die dromen dat ze mens zijn, er is 1 denkgeest die droomt 8 miljard mensen te zijn. Dat schreef ik laatst op Facebook na een aantal dagen van flink worstelen met de droom, niet begrijpende waarom de droom niet ophoudt terwijl ik precies weet wat het is.
Uiteindelijk gaf ik het op, ik kwam er niet uit, en als laatste middel vroeg ik letterlijk om duidelijkheid: “Als er dan een hogere macht, of een Heilige Geest is die alles weet, geef me dan gewoon een duidelijk antwoord?” En dit was het antwoord dat binnenkwam:
Er zijn niet 8 miljard denkgeesten die dromen dat ze mens zijn, er is 1 denkgeest die droomt 8 miljard mensen te zijn.
Met andere woorden, als IK wil dat deze droom ophoudt en IK me afvraag waarom dat niet gebeurt, terwijl IK me volledig besef dat dit het dromen van een droom is, dan redeneer IK vanuit het idee van een ik-personage. Maar dit ik-personage is onderdeel van de droom, dat ik-personage bestaat niet echt, dus hoe kan de droom dan ophouden voor een personage dat niet bestaat?
Dat is wat het antwoord me vertelde: er zijn niet 8 miljard denkgeesten — oftewel, 8 miljard ikken — die dromen, er is één denkgeest die droomt 8 miljard ikken te zijn. Het punt met die ene denkgeest, is dat die denkgeest geen ‘ik’ is of kan zijn, omdat er geen ‘ander’ is. Het idee van een ‘ik’ te zijn hangt af van de aanwezigheid van een ‘ander’, en zonder het bestaan van een ‘ander’ is er geen noodzaak voor het zijn van een ‘ik’ of het hebben van een ‘ik-gevoel’.
Dit antwoord op mijn vraag draait alles om. Waar ik eerst nog geloofde dat ik de denkgeest was die droomde, begrijp ik nu dat ik niet die denkgeest ben. Ik wist al dat ik niet dit lichaam was, maar ik geloofde toch nog steeds ‘iets’ te zijn, en dat moest wel die dromende denkgeest zijn. Nu zie ik, nu besef ik, dat ik letterlijk niets ben; niet Frits, niet denkgeest en niet Eenheid. Ik word gedroomd.
Die denkgeest, die droomt, is niet een ‘ik’, want voor een ‘ik-gevoel’ is het bestaan van een ‘ander’ noodzakelijk en die is er niet. Dus dan kan ik, met mijn ‘ik-gevoel’, niet die denkgeest zijn. Die ‘ik-Frits’ is slechts een gedroomd personage en bestaat in zijn geheel niet. Er is alleen denkgeest die droomt een ‘ik’ te zijn — en niet slechts één ‘ik’, niet slechts ‘ik-Frits’, nee, denkgeest droomt 8 miljard ‘ikken’ te zijn (en dan reken ik nog niet eens alle dieren mee).
Ik weet dat er in Een Cursus in Wonderen staat dat wij de dromende denkgeest zijn, maar dat is alleen omdat het de denkgeest aanspreekt op het niveau waarop die denkgeest zich gelooft te bevinden binnen die droom. De denkgeest gelooft het gedroomde personage te zijn dat het boek leest, en dus vertelt Een Cursus in Wonderen dit personage dat het in werkelijkheid de denkgeest is die droomt.
Het antwoord dat ik kreeg — en het maakt me niet uit of je me wel of niet gelooft — sprak het deel van de denkgeest dat zich met mij identificeert, aan op het punt waarop die denkgeest zich bevindt, en dat is het punt waarop hij kan accepteren dat er in zijn geheel geen ‘Frits’ bestaat, of wat voor ‘ik’ dan ook, zelfs niet als denkgeest. Ik en die denkgeest zijn niet hetzelfde, want er is alleen denkgeest en elke ik is een gedroomd personage. Denkgeest IS, ik IS NIET.
Er is nu het besef dat er alleen denkgeest is die droomt over een wereld en zich in die droom identificeert met de ‘ikken’ in die droom. Dus niet alleen met mij als Frits, maar met alle 8 miljard mensen in die droom, plus, zo vermoed ik, alle ontelbare miljarden dieren in die droom. Er is ook het besef dat ik niet die denkgeest ben. Er is geen ik die wakker wordt en de droom verlaat en terug naar huis (Eenheid) zal gaan, want die ‘ik’ is een gedroomd personage… die ‘ik’ bestaat niet… ik besta niet… geen enkele ik bestaat.
Ja, precies, en niet ook alle dieren, maar alle dingen, en situaties kortom elke projectie is de ene droom van de ene denkgeest dat ook slechts een droom is, een nietig dwaze onmogelijke gedachte…
Daarom kunnen “wij” die geloven een “ik”, “wij” te zijn niets doen. Want hoe “niets” ook z’n best doet om “iets” te zijn of “niets” te zijn het blijft “niets” en zelf dat is nog te veel, namelijk een woord…
Mindblowing, terwijl er geen mind is die opgeblazen kan worden… dus…
Rest alleen de STILTE van oordeelloosheid, niet als gevolg van niet oordelen, maar als gevolg van vergeving, er is in werkelijkheid niets gebeurt… ondertussen is het onmogelijke om met duale worden non-dualisme te beschrijven… blablabla…
LikeGeliked door 1 persoon
Ja, dat was het antwoord dat ik ontving ook: MINDBLOWING! … De mind die dacht Frits te zijn werd opgeblazen en wat overbleef was… niets. “Poef!”
LikeLike