Ik heb sinds 24 maart geen bericht geschreven voor deze blog, dus het lijkt me wel tijd voor een update. Er is veel veranderd, innerlijk en uiterlijk, en aangezien ik niet precies weet wat ik wil schrijven, begin ik maar gewoon te vertellen wat er veranderd is.
Om te beginnen heb ik in deze droom een reguliere baan gevonden. Binnen het verhaal dat ik mijzelf inmiddels 57 jaar vertel was het vinden van een baan een noodzakelijkheid. De afgelopen 10 jaar had ik geen betaald werk en dus geen inkomen, maar kon ik met wat ik aan geld had staan, samen met wat andere bronnen, rondkomen. Binnen de droom heb ik nog steeds geld nodig voor het betalen van de huur, gas & licht en eten & drinken.
Ik werk nu sinds april zo’n 24 tot 32 uur per week, wat nogal een verandering is. Gelukkig is het werk waaraan ik met veel plezier mijn tijd besteed. Niet alleen qua werk, het is ook in lijn met het vergevingswerk dat ik vanzelfsprekend nog steeds doe aan de hand van Een Cursus in Wonderen. Niet dat het spiritueel werk is, maar eerder dat ik veel mensen ontmoet — en dus veel ego’s ervaar — die om vergeving vragen.
Niettemin is het gevolg van een week werken, dat ik nu daadwerkelijk vrije tijd heb, in plaats van alleen maar vrije tijd met af en toe een klusje, zoals het de afgelopen 10 jaar is geweest. Die vrije tijd heb ik nu echt nodig om tot rust te komen, of ‘tot mijn Zelf’ te komen. Vandaar dat ik weinig heb geschreven — los van korte berichtjes op Facebook.
Goed, het hebben van een baan is één verandering, de andere verandering is meer in lijn met Een Cursus in Wonderen. Deze verandering is lastiger te beschrijven. Ik heb een eerste poging gedaan in een Messenger groep waarin ik samen met Annelies (blog) en Marije (blog) zit en waar we onze ervaringen ten opzichte van het werk met Een Cursus in Wonderen met elkaar delen. Hieronder een licht bewerkte versie van dat bericht:
Ik ben sowieso al iets van een jaar bezig met het idee dat ik hier zo snel mogelijk weg wil. Het begon met het idee van sterven (geen zelfmoord, maar gewoon doodgaan), maar dat was snel voorbij aangezien sterven geen oplossing is en er in feite niet zoiets bestaat als “de dood” (zoals ECIW ook vaststelt).
Al snel kwam het besef dat ik de dromer dan de droom ben (zoals ECIW vaststelt) en om uit deze droom te ontwaken, of liever gezegd, om deze droom te beëindigen, moet die dromer vanzelfsprekend wakker worden. Aangezien IK de dromer ben (IK hoofdletters in plaats van de kleine letters in “ik het lichaam”), dien IK-dromer wakker te worden (i.p.v. ik-lichaam).
Dat klinkt logisch, nietwaar. Alleen, aangezien in elke gedachte en elk idee ook de ego-denkgeest aanwezig is, was mijn gevolgtrekking dat ik, om wakker te worden, moet wennen aan het idee dat ik dan niet meer dit lichaam ben, maar deel van Eenheid — en niet zomaar een deel, maar een onlosmakelijk deel van Eenheid.
Ook dat klinkt logisch, maar was een vergissing. Want dan is er nog steeds een IK-iets dat deel is van Eenheid, onlosmakelijk of niet, en het hele eieren eten van Eenheid is dat het geen delen heeft of kent. Eenheid IS! Net zoals God IS! (aangezien Eenheid en God hetzelfde zijn.) En daarna houden we onze smoelen!
Toen kwam opeens het besef dat ik-lichaam en IK-dromer (wat technisch gezien IK-denkgeest is) nooit Eenheid zullen kunnen ervaren. Na het ontwaken UIT de droomstaat, wat betekent dat de dromer wakker is geworden, is er geen droom meer, en dus geen ik-lichaam, en is er dus geen dromer meer; dan is er alleen Eenheid dat IS!
Eenheid IS, en ervaart dus niets. Wat betekent dat als ik-lichaam of IK-dromer wakker willen worden, en ik beweer dat dit zo is, dan moeten ik-lichaam en IK-dromer willen en wensen dat ze beiden ophouden te bestaan. Wakker worden kan dus alleen als ik bereid ben volledig te verdwijnen, samen met de verdwijning van het universum.
De vraag was: wil ik dat? En het antwoord was een volmondig JA! De bevrijding die ik daarna ervoer, en nu nog steeds ervaar, is iets wat ik sinds mijn eerste verlichtingservaring in 2011 niet meer heb ervaren. Geen idee of dit zich werkelijk zal stabiliseren, want zoals de Cursus ook zegt:
“Terugkerende woede, in welke vorm dan ook, zal het zware gordijn eens te meer laten zakken en de overtuiging dat vrede niet kan bestaan zal vast en zeker terugkomen.”
— H20. Wat is de vrede van God? 4.2.
Maar nu zal ik het nog sneller doorhebben dan voorheen en me herinneren hoe simpel het is om die vrede te voelen. Het enige wat nodig is, is de bereidheid om alles los te laten en achter te laten, en de bereidheid om te verdwijnen en letterlijk nooit te hebben bestaan… want er is geen ik of IK in Eenheid.
Later heb ik een poging gedaan op mijn “officiële” Facebookpagina (link), waarvan ik hieronder eveneens een licht bewerkte versie plaats:
Ik ben er klaar voor, dat wordt wel steeds duidelijker. Maar wat is dat dan? Waar ben ik klaar voor? Om de frase van Gary Renard maar eens te gebruiken, ik ben klaar voor de verdwijning van het universum. Ik ben klaar voor het verdwijnen van alles, omdat het allemaal niets is; illusie, het dromen van een droom.
Voor de laatste stap, waarmee het dromen van de droom ophoudt, is het noodzakelijk dat je bereid bent om alles op te geven, alles achter te laten en niets mee te willen nemen. Ik weet niet waar dat staat, maar ik weet wel dat het ergens met zoveel woorden in Een Cursus in Wonderen staat.
Het is noodzakelijk, voor die laatste stap op de ladder, om je volledig te beseffen dat deze wereld je niets te bieden heeft, dat er niets in deze wereld is dat je nog nodig hebt, niets dat je nog wenst of waarvan je nog droomt… inclusief je eigen identiteit en je eigen bestaan.
Het besef dat ik daar ben aanbeland wordt steeds overtuigender, en ook vanzelfsprekender. Ik ben er klaar voor; klaar voor die laatste stap, die niet aan mij is om te nemen. In plaats van dat dit een gevoel van leegte of angst oplevert, zoals je wellicht zou denken, levert dit een gevoel van volheid en vrede op.
Aan de ene kant is die volheid en vrede niet voor mij als Frits, want die “ik” als identiteit doet er niet meer toe, en tegelijkertijd ook wél voor die Frits, aangezien dat een uiterlijke verbeelding is van de innerlijke conditie van de denkgeest. Wat mij betreft kan het universum, en daarmee deze wereld en ook ikzelf, elk moment verdwijnen, want er is hier niets meer dat me hier vasthoudt.
Ik weet niet wanneer het gebeurt, en of het zelfs wel een “gebeuren” is. Ik ga er vanuit dat ik het niet zal ervaren, omdat er geen sprake meer is van een “ik” dat “iets” kan ervaren en “het ontwaken tot wat IS” niet werkelijk een ervaring kan zijn, aangezien er in Eenheid niets ervaren kan worden; dat kan alleen in dualiteit plaatsvinden.
Ik probeer in beide gevallen onder woorden te brengen dat ik, als dit lichaam, als dit droomkarakter, mij er volledig van bewust ben dat die ‘ik’ de bevrijding van die ‘ik’ nooit zelf zal ervaren. Wanneer de droom eindigt, dan eindig ik ook, en dat houdt in dat ik mij nooit in Eenheid zal bevinden, aangezien er in Eenheid geen losstaande entiteiten bestaan.
Eenheid IS Eenheid, en er is in Eenheid niet iets anders dat iets anders kan ervaren. Het einde van de droom betekent het einde van het universum, en dat betekent het einde van de dromer van de droom. Om wakker te worden uit de droomstaat is het onvermijdelijk dat je tot de conclusie komt dat dit het einde van jezelf betekent en dat je bereid bent om dat te accepteren.
Daar ben ik nu aanbeland; ik —het personage waarmee denkgeest zich identificeert in de droom — ben volledig bereid om compleet te verdwijnen. Het gevolg hiervan in de droom, is dat alles nog minder serieus wordt ervaren dan voorheen. Af en toe vergeet ik het, maar dat wordt binnen no time gezien en afgeserveerd (of genadeloos door een geprojecteerde entiteit in de droom weersproken).
Een ander gevolg, ten eerste van die baan en ten tweede van het klaar zijn met deze droomwereld, is dat ik waarschijnlijk veel minder op deze blog zal schrijven. Helaas, dat is dan niet anders. Je kunt me altijd volgen op Facebook (klik hier voor de link) waar ik soms oneliners, korte inzichten en kleine berichtjes plaats.